De 80-jarige geschiedenis van de Bond van Nederlandse Militaire Oorlogs- en dienstslachtoffers (BNMO) en de rol die de wereldberoemde actrice Audrey Hepburn daarin van 1954 tot 1986 speelde. Op het toppunt van haar carrière als filmactrice en stijlicoon in de mode komt Audrey Hepburn in november 1954 naar Nederland om vijf dagen lang geld in te zamelen voor de Bond van Nederlandse Militaire Oorlogslachtoffers (BNMO). Het is voor het eerst dat ze weer voet op Nederlandse bodem zet nadat ze als jong meisje de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog in Arnhem en Velp heeft meegemaakt en na de bevrijding in Amsterdam haar eerste serieuze stappen heeft gezet op weg naar een carrière als balletdanseres. Totdat ze zich vanaf eind jaren tachtig gaat inzetten voor UNICEF keert ze nog regelmatig naar Nederland terug om als ambassadrice voor de BNMO op te treden. Ze zet daarmee niet alleen de BNMO, maar ook de tot dan toe gebrekkige zorg voor Nederlandse invalide militairen op de kaart. Omdat de BNMO niet alleen pioniert op het gebied van veteranenzorg, maar ook in de gehandicaptensport, schenkt ze de Audrey Hepburn Trofee aan de bond. Een trofee die tot op de dag van vandaag jaarlijks wordt uitgereikt aan een persoon of instelling, die zich op bijzondere wijze heeft ingezet voor militaire oorlogs- en dienstslachtoffers of de gehandicaptensport. Daarmee heeft Audrey Hepburn na haar vroege overlijden in 1993 een blijvende erfenis achtergelaten voor mensen die zich net als zij als vrijwilliger onbaatzuchtig inzetten voor anderen, die het minder getroffen hebben. Nooit eerder werd de opmerkelijke relatie tussen de wereldberoemde filmster Audrey Hepburn en de Bond van Nederlandse Militaire Oorlogs- en dienstslachtoffers (BNMO) uitgebreid beschreven. De BNMO verrichtte baanbrekend werk op het gebied van de veteranenzorg en de gehandicaptensport en werd daarbij van 1954 tot 1986 geholpen door de filmactrice. Zij schonk onder meer als blijvende erfenis de Audrey Hepburn Trofee, die nog steeds jaarlijks wordt uitgereikt.