Iedereen wist dat er een GROTE, woeste trol in de grot woonde. “LAAT ME ALLEEN!” krijste hij. Dus dat deed iedereen.
Iedereen, behalve één jongen. Hij nam zijn krijtjes mee naar de grot en begon te tekenen. Met zijn onaffe tekeningen lukte het hem stap voor stap om de trol de duisternis uit te lokken...
Ik heb een vraag over het boek: ‘De jongen, de trol en de krijtjes - Booth, Anne’.
Vul het onderstaande formulier in.
We zullen zo spoedig mogelijk antwoorden.