Net voordat de coronacrisis uitbrak, trok Staantribune-medewerker Joris van de Wier ruim drie weken door Buenos Aires, de voetbalhoofdstad van de wereld. Hij schreef hét boek over Argentijns voetbal. Begin 2020, net voordat de coronacrisis uitbrak, ging een jongensdroom voor Joris van de Wier (Tilburg, 1978) in vervulling: hij trok ruim drie weken door Buenos Aires, de voetbalhoofdstad van de wereld. Van de Wier zag de totale gekte rondom Maradona bij Gimnasia, liep door de levensgevaarlijke sloppenwijk naast het stadion van San Lorenzo, bezocht de voetbalhemel La Bombonera, stond met barra brava in het uitvak bij Berazategui, at een rotte choripán bij Talleres, raakte bevriend met de harde kern van Vélez Sarsfield, zag de legendarische houten tribune van El Porvenir, bezocht zijn stadiondroom Huracán, ontmoette enkele wereldkampioenen bij Estudiantes en zag in El Monumental de paal waar Rob Rensenbrink tegenaan schopte. Iedereen heeft wel een droom. Die van Joris van de Wier was om een lange reis naar Argentinië te maken voor voetbal. Begin dit jaar kwam die uit en zag hij in 25 dagen 26 wedstrijden. Hij schreef er een boek over: 'Voetbalstad Buenos Aires'.
25-11-2020
Edward Jorna
Friesch Dagblad Inleiding 7
Argentinië 11
Van Football naar Fútbol 23
Cinco Grandess 29
De Clubs 39
Begrippenlijst 43
Landkaartje 46
Op bezoek bij Diego (Gimnasia) 48
Verlangen naar Boedo (San Lorenzo) 70
De mythische bonbondoos (Boca Juniors) 100
Tussen de uitsupporters (Berazategui) 134
Een bijna-doodervaring (Talleres) 142
De goede barra brava (Vélez Sarsfield) 152
Een juweeltje van hout (El Porvenir) 198
Het paleis van de koning (Huracán) 206
De Boeven van de Pampa (Estudiantes) 234
De miljonairs van Buenos Aires (River Plate) 276